Posttraumatische dystrofie (een oudere term voor CRPS) is een complexe pijnaandoening die kan ontstaan na letsel. Deze term wordt nog regelmatig gebruikt in medische rapportages en letselschadezaken.
Terminologie
De benaming van deze aandoening is door de jaren heen veranderd.
Historische benamingen
| Periode | Benaming | Beschrijving |
| 19e eeuw | Causalgie | Na zenuwletsel |
| 1900-1950 | Sudeck-atrofie | Na fracturen |
| 1950-1990 | Reflex Sympathische Dystrofie (RSD) | Nadruk op sympathisch zenuwstelsel |
| 1990-heden | Posttraumatische dystrofie | Nederlandse benaming |
| 1994-heden | CRPS (Complex Regionaal Pijnsyndroom) | Internationale standaardterm |
Relatie met CRPS
Posttraumatische dystrofie is in wezen hetzelfde als CRPS type I. De term wordt in Nederland nog veel gebruikt, vooral door oudere medische specialisten en in juridische context.
Overeenkomsten
- Dezelfde symptomen (pijn, zwelling, verkleuring)
- Dezelfde oorzaken (trauma, operatie)
- Dezelfde diagnostische criteria
- Dezelfde behandeling
Stadiumindeling
Vroeger werd posttraumatische dystrofie ingedeeld in drie stadia, hoewel dit model nu verlaten is.
Klassieke stadia
Stadium I - Acuut (0-3 maanden)
- Pijn en overgevoeligheid
- Zwelling en roodheid
- Warmte en verhoogde zweetsecretie
- Beperkte mobiliteit
Stadium II - Dystrofisch (3-6 maanden)
- Aanhoudende pijn
- Koude, blauwe verkleuring
- Atrofie van huid en spieren
- Stijfheid gewrichten
Stadium III - Atrofisch (> 6 maanden)
- Blijvende pijn
- Ernstige atrofie
- Contracturen
- Botontkalking
Let op: Moderne inzichten tonen dat de stadiumindeling niet altijd klopt. De aandoening verloopt niet altijd in vaste fasen en kan in elk stadium stabiliseren of verbeteren.
Risicofactoren
Bepaalde factoren verhogen het risico op het ontwikkelen van posttraumatische dystrofie.
Bekende risicofactoren
| Factor | Risicoverhoging |
| Polsfractuur | Meest voorkomende trigger |
| Vrouwelijk geslacht | Vaker getroffen |
| Leeftijd 40-60 jaar | Piekincidentie |
| Eerdere CRPS | Verhoogd risico op herhaling |
| Langdurige immobilisatie | Negatieve invloed |
Juridische aspecten
In letselschadezaken speelt posttraumatische dystrofie een belangrijke rol.
Aandachtspunten
- Causaliteit: het verband met het ongeval moet worden aangetoond
- Predispositie: een eventuele aanleg vermindert de aansprakelijkheid niet
- Diagnose: zorg voor diagnose volgens Budapest-criteria
- Documentatie: alle symptomen en beperkingen vastleggen
- Expertise: laat een CRPS-deskundige rapporteren
Prognose
De prognose van posttraumatische dystrofie is wisselend.
Beloop
- Circa 50% herstelt volledig of grotendeels
- Circa 30% houdt matige restverschijnselen
- Circa 20% ontwikkelt chronische, invaliderende klachten
- Vroege behandeling verbetert de prognose
Tips
- Herken vroege signalen en zoek direct medische hulp
- Vermijd langdurige immobilisatie na letsel
- Vraag doorverwijzing naar een pijnpoli bij aanhoudende klachten
- Houd rekening met de mogelijkheid van chronisch beloop
- Documenteer het verloop van de aandoening zorgvuldig
## Veelgestelde vragen
**Wat is het verschil tussen posttraumatische dystrofie en CRPS? Zijn het dezelfde aandoeningen?**
Posttraumatische dystrofie (PTD) en CRPS type I zijn in wezen dezelfde aandoening. PTD is de Nederlandse benaming, terwijl CRPS (Complex Regionaal Pijnsyndroom) de internationale standaardterm is. Beide hebben dezelfde symptomen (pijn, zwelling, verkleuring), oorzaken (trauma of operatie) en behandeling. PTD wordt nog vaak gebruikt in medische rapporten en letselschadezaken, vooral door oudere specialisten.
**Mijn arts spreekt over 'Sudeck-atrofie' of 'RSD'. Hoe weet ik of dit posttraumatische dystrofie/CRPS is?**
Sudeck-atrofie (1900-1950) en RSD (Reflex Sympathische Dystrofie, 1950-1990) zijn oude benamingen voor dezelfde aandoening als PTD/CRPS. Als uw symptomen passen bij pijn, zwelling, verkleuring of mobiliteitsproblemen na letsel, is het hoogstwaarschijnlijk dezelfde diagnose. Vraag uw arts om een duidelijke uitleg en eventueel een verwijzing naar een pijnspecialist voor een actuele diagnose.
**Hoe wordt posttraumatische dystrofie nu nog ingedeeld in stadia? Is de oude indeling in drie fasen nog geldig?**
De klassieke indeling in drie stadia (acuut, dystrofisch, atrofisch) is verouderd. Moderne inzichten tonen dat de aandoening niet altijd lineair verloopt. Sommige patiënten stabiliseren of verbeteren in elk stadium. Een arts baseert de diagnose en behandeling nu op symptomen en niet op een vast tijdschema. Vraag uw behandelaar om een actuele beoordeling van uw situatie.
**Ik heb een letsel opgelopen en heb last van pijn en zwelling. Kan ik posttraumatische dystrofie/CRPS krijgen? Wat zijn de risicofactoren?**
Ja, PTD/CRPS kan ontstaan na letsel, operaties of zelfs na een breuk. Risicofactoren zijn onder andere: psychische stress, roken, vrouwelijk geslacht, oudere leeftijd en een voorgeschiedenis van pijnklachten. Ook een ernstig trauma of een slechte doorbloeding kan het risico verhogen. Let op signalen als aanhoudende pijn, verkleuring of zwelling – meld dit snel aan uw arts.
**Hoe kan ik bewijs verzamelen voor een letselschadezaak als ik PTD/CRPS heb? Welke medische documenten zijn belangrijk?**
Belangrijke documenten zijn: medische rapporten met een duidelijke diagnose (PTD/CRPS), behandelplannen, röntgenfoto’s (bij botontkalking), pijnregistraties en revalidatieverslagen. Ook een verklaring van uw behandelend arts over de relatie tussen uw letsel en de aandoening is cruciaal. Een pijnspecialist kan helpen bij het opstellen van een gedetailleerd medisch dossier voor uw zaak.
**Kan posttraumatische dystrofie/CRPS genezen? Wat zijn de behandelopties?**
PTD/CRPS is niet altijd geneesbaar, maar de symptomen kunnen verbeteren met de juiste behandeling. Opties zijn fysiotherapie, medicatie (pijnstillers, antidepressiva), nerveblokkades, spiegeltherapie en in ernstige gevallen operaties. Een multidisciplinaire aanpak (pijnspecialist, fysiotherapeut, psycholoog) verhoogt de kans op herstel. Begin zo snel mogelijk met behandeling voor de beste resultaten.
### TL;DR
Posttraumatische dystrofie (PTD) en CRPS zijn dezelfde aandoening, met verschillende benamingen door de jaren heen. Symptomen zoals pijn en zwelling kunnen na letsel optreden, maar de aandoening verloopt niet altijd in vaste stadia. Risicofactoren zijn onder andere stress en roken. Voor letselschadezaken zijn medische rapporten en een duidelijke diagnose essentieel. Behandeling richt zich op pijnbeheersing en revalidatie.
### Key Takeaways
- PTD en CRPS zijn dezelfde aandoening, met PTD als Nederlandse benaming en CRPS als internationale standaard.
- Symptomen zoals pijn en verkleuring kunnen na trauma optreden, maar de aandoening verloopt niet altijd voorspelbaar.
- Risicofactoren zijn stress, roken en een voorgeschiedenis van pijnklachten.
- Medische documenten zoals rapporten en röntgenfoto’s zijn cruciaal voor letselschadezaken.
- Behandeling omvat fysiotherapie, medicatie en soms operaties, afhankelijk van de ernst.